Vandaag in Huize De Mik

Sunday, August 22, 2004

Holland Acht

Acht Hollandse roeiers pakten vandaag verrassend het zilver. Een sensatie! Helaas had de commentator het te laat door. Terwijl de mannen aan de riemen van de zesde naar de vijfde plaats roeiden en al snel vierde stonden, babbelde hij een paar minuten over de Australische ploeg, die naast de Nederlanders lagen. Zo vergat hij de Holland Acht te begeleiden, die van plaats vier, naar drie en twee opstoomden. Te laat riep hij ietwat verbaasd uit: ,,De Nederlanders staan op zilver''. Een commentator is er om een wedstrijd van tekst te voorzien, die zo nodig te duiden en uit te leggen. Enthousiasme mag. Commentaartekst kan legendarisch worden. Theo Reitsma die het stampvoetende Oranje-elftal in 1988 voorzag van de woorden: ,,Dit is een goed stel hoor!''. Maar dit was een gemiste kans. Ik hou van opzwepend commentaar. Onderkoeld vind ik te saai. Objectief is prachtig, maar geestdrift mag best als landgenoten iets bijzonders presteren.
Het NOS-journaal kende gisteren een hilarisch moment. De dood van professor Diepenhorst werd ingeleid met de tekst dat hij een sonoor, donker stemgeluid had en sterk articulerend prachtige Nederlandse volzinnen produceerde. Steeds zag je hem praten, maar het geluid was blijkbaar weggevallen. We hoorden die karakteristieke stem dus niet. Een technisch mankement? Nieuwslezer Gijs Wanders zag het glimlachend aan, maar verzuimde de oorzaak te vertellen waarom het geluid op dit cruciale moment wegviel. Het is niet iedereen gegeven om op zo'n moment te improviseren. En een kernachtige zin het beeldscherm te laten afspatten. Zo iets van: ,,Nee dames en heren, doof bent u niet. Diepenhorst hoorde u niet, maar u kon zijn feilloze articulatie gelukkig nog wel aanschouwen.''

Butler

Een doorsnee dag begint bij mij zo: om zeven uur gaat de wekker en druk ik, nog halfslapend, mijn radio aan. Het nieuws wordt beluisterd en vervolgens het nieuws van de regionale radio. Meldt de zender iets bijzonders, dan krabbel ik wat op de blocnote die naast me op het kussen ligt. Meteen ben ik dan al een stuk wakkerder. Vervolgens spring ik uit bed, loop naar boven en geef de poezen eten. Water verversen, bordjes schoonmaken, de beide ochtendkranten uit de bus halen. Onderwijl zelf iets eten, meestal fruit. Douchen en achter mijn bureau en pc kruipen. Dan begint de werkdag. De krant belt of ik bel hen. Welke berichten zijn gewenst? Hoe lang? Dan begint het bellen en interviewen per telefoon. Tikken en doorzenden. Om een uur of half 1, 1 uur is de deadline gehaald. De middagen zijn er meestal voor de langere interviews, ik ga op pad (of op reportage), of maak afspraken, zend stukken door naar andere opdrachtgevers, tik rekeningen uit, haal post, check mijn emails en de nieuwssites (www.nu.nl is een van mijn favorieten) en natuurlijk die van de kranten, maak afspraken, knip artikelen uit de kranten, droom en passant over de opzet en onderwerpen van mijn eigen tijdschrift, dat ooit het licht moet zien.
In het weekend is het anders. Ik sta later op, kijk naar teletekst, werk achterstanden weg, zoals de nimmer krimpende stapel kranten, die nog moet worden doorgenomen. Tussendoor is er het huishouden dat afgewerkt moet worden. Dat wil zeggen: vaatwasser inruimen, spullen uitwassen, wasmachine aanzetten, vuilnisbakken legen en gft-emmers schoonspoelen en nog 1001 kleine dingetjes die moeten gebeuren, maar waar ik nooit aan toe kom. En die dus blijven liggen tot... ja wanneer?
,,Zou een butler niet handig zijn voor jou?'', opperde een vriend ooit. -Ja, dat lijkt me wel wat, antwoordde ik gretig. ,,Iemand die je huishouden bestiert, zorgt dat er eten op tafel staat, die de boodschappen doet, telefoontjes aanneemt, je archief bijhoudt, en je agenda.'' Klonk allemaal zeer aantrekkelijk. Maar waar vind ik zo iemand? Iemand met wie het natuurlijk klikt, die prettig in de omgang en alert en dienstbaar is. Lijkt me ideaal. Ik ,,hoef'', als ik zo'n persoon bij me heb, alleen nog maar stukkies te produceren. Als ik er meer tik, valt zo'n figuur wellicht te betalen. De meeste correspondenten, vooral die in den vreemde, hebben in veel gevallen zo'n ,,butlerachtig'' iemand. In de vorm van een partner/ geliefde die als assistent dienst doet. Of die ook in de journalistiek zit en met wie je dingen kunt combineren en uitwisselen. Had een correspondent van het NOS-journaal in Amerika niet ooit een Belgische partner die voor de BRT het nieuws versloeg? Handig!
Maar aangezien ik partner noch collega (in huis) heb, zit er niets anders op dan het huishouden, het archief en de agenda zelf bij te houden. Zoals elke werkende, single kleine zelfstandige. Het gevolg is dat het huis er niet al te netjes uit ziet. Onlangs belde de secretaresse van de nieuwe Leeuwarder burgemeester op, die een afspraak met me wilde maken voor een kennismakingsgesprek. De schaamte dat ik mijn agenda niet kon vinden onder de ,,grote hoop'' op mijn bureau was ik allang voorbij. Ik meldde dat ik die kwijt was. Ze wilde wel wachten. Ik zei dat dit niet hoefde, bang als ik was, dat ik dat ding toch niet zo snel zou weten te vinden. Uit mijn hoofd zei ik dat de datum ergens begin september goed was. Toen ik laag na laag wegwerkte en mijn vertrouwde, groene agenda zag opduikelen, kon ik de afspraak alsnog noteren. Alles komt ooit wel eens terecht, op den duur. Ooit. Als je maar geduld hebt. Maar helaas heb ik dat vaak niet.

Friday, August 20, 2004

bijbaantjes

NRC Handelsblad publiceerde onlangs een lijst van journalisten en hun nevenactiviteiten. Collega's in vaste dienst, met een vast salaris, die bijklussen. En daar wel of geen geldelijke vergoeding voor krijgen. Een collega deed een betaalde klus voor een ministerie. Een ander werd gevraagd een dagvoorzittersschap te doen. Weer een ander moest een mediatraining geven aan minister Remkes, die hij vervolgens ook weer op tv moest interviewen. Opvallend was dat iedereen zei dat zijn onafhankelijkheid niet in geding was. Dat is toch opvallend, aangezien objectiviteit en een kritische houding ook zonder betaalde klusjes al moeilijk genoeg zijn.
Als free-lancer ben je vrijer dan een journalist in vaste dienst. Toen ik net begon als correspondent voor NRC Handelsblad in 1990, deed ik ook wel eens iets voor de gemeente Groningen. Dat was handig voor mijn contacten, want ik moest die gemeente toch leren kennen. In 1994 heb ik op verzoek van D66 de toenmalige lijsttrekker Hans van Mierlo in het openbaar geinterviewd. Daar vroeg en kreeg ik 700 gulden voor. Nooit gesnapt waarom ze mij daarvoor vroegen. Ik meen me te herinneren dat ze dachten dat ik Liesbeth Koenen was, die zo aardig in de krant schreef. Ik heb me uren zitten inlezen. Had totaal geen ervaring als leider van een forum. Waarom vroegen ze geen collega van Omrop Fryslan? Voordat de avond begon drukte ik nog even de hand van Van Mierlo, die zat te eten met een blonde dame naast zich. Ik geloof dat het zijn dochter was. Zijn voorlichter drukte me op het hart hem toch vooral te vragen wat hij met Friesland had. Ik was nog zo bedeesd dat ik dat ook nog deed. Achter de tafel zaten nog enkele forumleden. Er was maar 1 microfoon, wat een handicap was, want dat ding moest je steeds voor je neus schuiven als je iets wilde zeggen. Zo kwam er van een echt gesprek weinig terecht. Ik stond stijf van de zenuwen, maar bracht het er nog aardig vanaf. Geloof ik. Al ben ik daarna nooit meer gevraagd. De grootste handicap nadien was, dat mijn collega's en veel anderen dachten dat ik dus bij D66 zat. Blijkbaar dachten ze dat ik het avondje pro deo had geleid, omdat ik toch van de club was.
Ook heb ik wel klussen gedaan voor de gemeentes Leeuwarden en Harlingen. Geen van mijn opdrachtgevers heeft ooit geprobeerd me voor zijn karretje te spannen om een leuk verhaal in mijn krant te krijgen. Nimmer heeft iemand me gevraagd of ik vervelend nieuws over die gemeentes uit de krant wilde houden. Daarvoor waren ze bij mij aan het verkeerde adres geweest. Natuurlijk had ik dat geweigerd! Andersom heb ik nooit kritiekloos over de betreffende gemeentes geschreven. Als ik voor mijn krant schrijf, zet ik een andere pet op. Als zich ooit een ,,conflict'' had voorgedaan, was mijn krant altijd voorgegaan. Dan maar geen opdrachtje meer. Ik ben weliswaar free lance, maar toch bovenal journalist bovenop het nieuws. Als correspondent ben ik feller en kritischer dan als uitvoerder van een klus. Blijkbaar voelden mijn opdrachtgevers dat aan. Voor mijn gevoel ben ik altijd integer geweest. Dat betaalt zich soms uit. Mensen die de media wantrouwen en nooit een interview geven aan een krant, willen voor die van mij wel eens een uitzondering maken. ,,Wij zijn er de krant niet naar om een verhaal op te blazen'', zeg ik vaak. Dat weet men. De NRC zoekt de nuance, probeert feiten en meningen te scheiden. Dat probeer ik ook. Al 14 jaar. En nog steeds met genoegen.

Wednesday, August 18, 2004

Wijkagent

Een verhaal over een probleemwijk maken is geen sinecure. Als journalist moet je laveren tussen wat de mensen willen dat je schrijft, namelijk altijd een ,,positief verhaal'' en de zaken zoals ze zijn en zich voordoen. Zo was ik vandaag in een Leeuwarder probleemwijk, waar zich de afgelopen dagen enkele gewelddadige incidenten voordeden. De wijkagent bracht me naar een Koerdische familie, die ook genoeg had van het lawaai en de drugsdealers om hen heen. Ze woonden met zijn twaalven in een kleine woning. Maar ze kwamen nauwelijks buiten. Ze wilden vooral geen overlast veroorzaken. In de huiskamer zaten vier tieners op de grond een maaltijd te nuttigen. De televisie stond aan, maar niemand keek. Er stonden twee banken en een tafeltje en gastvrij als ze waren, boden ze de wijkagent en mij direct een kop thee aan. Natuurlijk wilden ze liever naar een grotere woning, maar ze hadden geen verblijfsvergunning. En dus geen kinderbijslag. De kinderen spraken vloeiend Nederlands. De moeder had prachtige, donkere ogen, maar keek treurig. Ze was ziek. Haar rolstoel stond in de gang. De wijkagent had erg veel respect voor het gezin. ,,Dit zijn keurige mensen.'' Toen vandalen eens troep over hun schutting gooiden, wilden de mensen niet reageren, bang als ze waren dat dit nieuwe agressie zou oproepen. Na een bliksembezoekje van nog geen kwartier stapte ik weer op. Hoe al die problemen in de wijk ontstonden? Ouders kijken niet naar hun kinderen om, zei de 15-jarige dochter. ,,Ze zorgen er niet goed voor.'' Ik toerde verder met de wijkagent, de voorlichter en onze fotograaf. Op een pleintje stonden een paar jongens. Ze kwamen op de surveillance-auto af. De wijkagent tikte tegen de bolle buik van een van hen. ,,Wordt jij niet te dik?'' - Heb je er last van, vroeg de jongen. ,,Je moet niet zoveel patat eten'', zei de agent. De kameraad van de jongen zei: ,,Ik zit in het cafe, maar hij zit bij de MacDonalds.'' Hij stak een shagje op, net als de andere knaap. Die wilde graag jongerenwerker worden en ging een cursus volgen. Maar eerst moest hij een uitkering aanvragen. ,,Kijk uit voor die hond'', zei de fotograaf tegen de achteruit rijdende agent. - Een hond? sprak ik hoopvol. - Ja, Karin is gek op dieren, zei de voorlichter. - Maar niet op deze, reageerde de fotograaf. Ik keek in de ogen van een pitbull. -Moet dat beest niet gemuilkorfd worden? vroeg ik de wijkagent? Die ontweek de vraag en trok even zijn onderlip omhoog. Hij wees alweer op twee andere bewoners, Vietnamezen die al tien jaar in de wijk woonden. - Bootvluchtelingen, lichtte hij toe. ,,Ze waren hier nog maar net, of ze hadden al een aanhangwagen en gingen loempia''s verkopen.'' -Ja, die handelsgeest zit erin'', zei onze fotograaf.

Tuesday, August 17, 2004

Love match

Al zappend ontdekte ik een nieuw programma, dat nu een van mijn favorieten is: ,,Love match'' op Yorin. Drie vrienden van iemand die een partner zoekt, kiezen er drie voor hem/haar uit. Met elk van hen brengt de kandidaat een week door in New York. Doel: elkaar leren kennen en ,,leuke dingen doen''. Is er een love match bij? Vanavond viel ik in de aflevering met Joy. Een leuke, donkerharige, slanke Amerikaanse, die een man zocht. Met de eerste knul sprong de vonk al snel over. De week vloog om. Ze baalde toen hij moest gaan. Nummer twee vond ze sympathiek, maar het bleef bij vriendschap. Hij voelde evenmin een ,,vonk.'' Aan nummer drie ergerde ze zich groen en geel. Terwijl hij alsmaar dacht dat het steeds meer ging klikken, nam bij haar de ergernis alleen maar toe. Ze kreeg de kriebels als hij haar aanraakte. Uiteindelijk koos ze dus voor nummer 1: Anthony. Beiden dachten dat het ,,wel eens heel serieus'' zou kunnen worden.
Het is dat ik de liefde afgezworen heb, anders zou ik me direct opgeven voor de Nederlandse versie. Mijn drie beste vriendinnen, tevens exen, kennen mij en mijn smaak uittentreure en zouden drie leuke dames mogen selecteren. Zo'n mooie vrouwelijke dame met lang, donker, krullend haar, beetje volslank, slim, dierenvriendin, attent, warm, serieus en niet-rokend. Met hen trek ik dan twee dagen op - sorry een week vind ik te lang- en uiteindelijk bekijk ik de vrouwen die niet door de ballotage kwamen. Dus Joop van der Ende of John de Mol: maak een echte Hollandse versie onder de titel ,,Liefdesklik'' (die Engelse kreten kennen we nu wel) en breng het op de buis! Ik kan zo een aantal leuke kandidaten (uit mijn kennissenkring) aanbieden. Leuke, aantrekkelijke, warme, hartelijke, serieuze mensen met diepgang. Van wie niemand snapt dat ze nog vrijgezel zijn. Zo heb ik een leuke en knappe homovriend, charmant, lief en betrokken. Al jaren alleen. En een leuke heterovriendin, open, warm, attent en leuk uitziend. Ook al jaren zonder. En een oudere, maar veel jonger ogende (hetreo)vriendin, supersexy en warm. Goh, ik geloof dat ik maar een relatiebureau begin!

Sunday, August 15, 2004

Reclame-agressie

Wat veel onderhuidse agressie bij me opwekt is reclame. Zowel op radio als tv. De Nederlandse reclame behoort werkelijk tot de meest stompzinnige ter wereld. De infantiliteit druipt eraf. Zwetende oranje schoenen aan een waslijn. Twee sullige mannetjes, -dat zeg ik - die leuk proberen te doen. Het kinderachtige gegil en geschreeuw, geroep en gekrijs. Dat reclamemakers niet snappen dat ze daar echt geen fans mee maken. Er zijn soms uitzonderingen. Reclames met rustige, melodieuze achtergrondmuziek, met een prettige aandoende stem of doodgewone stilte. Een verademing! Ergernis vreet je op. Is slecht voor je hart en bloeddruk. Tegen mijn driftige opa (hij is morgen precies 30 jaar dood) zei mijn tante altijd: ,,Pa, elke drifbui kost je een uur van je leven.''
Mijn vader zei altijd: ,,Nicht ergern, nur wundern.'' Ofwel: laat je nooit door je ergernis beetnemen, denk dan aan Gotz von Berligingen. Die oude heer uit een ver Duits verleden, haalde altijd zijn schouders op als iemand hem beledigde en zei dan : ,,Leck mich am Ars.''

Ergeren doe ik me veel, maar niet graag. Tegenwoordig erger ik me nogal eens aan door journalisten gemaakte taal- en stijlfouten, zowel op schrift als uitgesproken op radio en tv. Nu ben ik de laatste om te beweren dat ik foutloos schrijf of spreek. Ik heb eens een enorme flater gemaakt in mijn krant. Vorig jaar maakte ik van het voltooid deelwoord van wassen ,,gewast'', in plaats van gewassen. Mijn collega troostte me dat zowel de binnenlandredacteur als de eindredacteur ook gefaald had, door mijn fout niet te zien en corrigeren. Maar het schaamrood kleurde mijn wangen nog dagen.
Zorgvuldigheid is van groot belang. De uitgeverij van collega-historcia Reinildis van Ditzhuyzen (,,let je erop dat je mijn naam goed spelt, met twee keer een z?'') heet ,,Akribeia'', wat ,,zorgvuldigheid'' betekent. Waarom lees ik dan in De Volkskrant dat een collega ,,symptooN'' schrijft in plaats van het correcte ,,symptoom?''. Een radiocollega van de regionale omroep sprak het ook al fout uit, met die foute N op het eind. Behalve fout is er ook slordig taalgebruik. ,,Hij heeft een beslissing gedaan'', of ,,Mart Smeets doet het commentaar'', is erg lelijk. ,,Hij heeft een besluit genomen'' en commentaar doe je niet, maar ,,verzorg'' je. Een andere ergernis: altijd die verdomde foute klemtoon op de eerste lettergreep. Ik snap wel hoe dat komt: daarmee attendeer je de luisteraar extra op het belang van zo'n woord. Je wilt de aandacht vangen en je hoopt dat de luisteraar beter oplet als je de klemtoon maar meteen op de eerste lettergreep legt. Laatst weer: het nieuws, in plaats van volksgeZONDheid, werd er VOLKSgezondheid gezegd. Tegenwoordig is het immer GOEDEmorgen, waar de presentatoren vroeger werd geleerd goedeMORgen te zeggen (lees het leuke boek van Corrie Brokken hierover, titel schiet me even niet te binnen, maar het zijn haar zeer lezenswaardige memoires). WerkNEMERS is al ingeburgerd, maar is het niet WERKnemers? Ach, Van Dale schrijft: het accent wisselt. Fout is wel INterland, waar interLAND op zijn plaats is. Mijn broer vertelde dat het hem opviel dat veel mensen tegenwoordig zonder blikken of blozen: ,,Het paard DIE daar loopt'', zeggen. Om nog maar te zwijgen over HUN als onderwerp. Niet alleen vriendinnen, zelfs een medewerker van een reclamebureau en zelfs een collegajournalist bezigde dit. Het is zo erg dat het me tegenwoordig opvalt wanneer iemand keurig ,,ZIJ'' zegt in een zin als ,,ZIJ zien het verschil niet.'' Voetballers zijn echte HUNNEN, hoewel ik onlangs een van de De Boertjes feilloos ,,zij'' als meervoudig onderwerp hoorde noemen. Ik viel perplex van mijn stoel. Zou een Neerlandicus de spelers even apart hebben genomen, bedacht ik me verheugd. Maar nee, de nieuwe bondscoach Van Basten sprak na zijn benoeming tot bondscoach toch weer van ,,Hun vinden dat.." Eerst maar eens spraakles nemen...

Dierenleed

Dierenleed grijpt me bij de keel. Als ik lees dat een drie maanden oude pony door een zieke geest is doodgestoken krijg ik primitieve wraakneigingen. In Twente en Utrecht vinden overigens de meeste gevallen van paarden- en ponykwelling plaats, zo blijkt uit een onderzoek van de Stichting Zinloos geweld tegen Dieren. Al twee jaar zijn in vooral Twente enkele idioten actief die pony's en paarden gruwelijk mishandelen. Een dier werd letterlijk levend gevild. Ik heb nog nooit zulke afschuwelijke foto's op internet gezien. Darmen hingen uit het dode lichaam. Wie is in staat een weerloos dier zo toe te takelen? De daders lopen nog vrij rond. Helaas heeft mishandeling van onze niet-menselijke verwanten weinig prioriteit bij politie en justitie. En natuurlijk zijn de straffen veel en veel te laag. Een dierenkweller komt er doorgaans met een niet al te hoge boete vanaf. Of je nu een lantaarnpaal of een dier vernielt, het is de wetgever om het even.
Vannacht droomde ik zelfs van dierenleed. Iemand schoot voor mijn ogen twee kraaien dood. De ene vogel leefde nog en ik verzocht de onverlaat het dier dan maar ook direct te doden om hem verder lijden te besparen. De man ging er met een mes op af. Later in de droom had ik zelf een (dat?) mes, dat ik dreigend onder de keel van de onverlaat duwde. Opdat hij eens erg bang zou worden. Even later in mijn droom zag ik hoe een auto een losgeslagen kalf aanreed. Auto's die ook in mijn droom veel te hard reden op een 80-kilometerweg maande ik met driftige armbewegingen snelheid te minderen, zodat het dier gepakt kon worden. Dat werd het, maar de boer zei me dat het al dood was. Ik zag echter zijn kop en poten nog bewegen en verzocht dringend een dierenarts te bellen.
Of dat is gebeurd weet ik niet meer. Intussen was ik al weer te druk met hoe ik op mijn fiets vanuit een dorp naar Harlingen kon koersen. Verscheidene mensen die ik de weg vroeg, stuurden me de verkeerde kant op en richtingwijzers gaven tegenstrijdige richtingen aan. Tot ik een aardige meid zag die wel een eindje met me wilde oplopen of rijden, om me de juiste weg te wijzen. Toen werd ik wakker, stond op en zette de Olympische tv aan. Waar de Nederlandse volleybalheren voor een daverende sensatie zorgden, door titelkandidaat Rusland met 3-2 te verslaan. De commentator bleef opmerkelijk kalm, te kalm in mijn ogen. Een beetje meer enthousiasme mag best. Niet dat je chauvinistisch moet gaan gillen. Laat dat maar aan mij over. Dat heb ik vanavond ouderwets zitten doen voor de buis. Eerst voor Inge de Bruin, die brons haalde op de 50 meter vlinderslag, maar nog harder voor de vier herenzwemmers, die tweede werden op de 4 x 100 meter vrije slag estafette. Na de eerste wissel lagen ,,we'' (zij dus) nog achtste en laatste. Pieter van den Hoogenband dook als vierde het water in. In een spectaculaire race wist hij de Amerikanen, Australiers en Italianen voor te blijven en als tweede aan te tikken! Fantastisch Pieter!

Prolongatie van haar Olympische titel was Leontien van Moorsel niet gegund. Er gebeurde waar ze vantevoren zo bang voor was geweest. Ze viel. Ze maakte een lelijke smak toen ze achterom keek en het wiel van een Spaanse renster aan tikte. Als een zielig hoopje mens zat ze daarna verdwaasd op het asfalt. Commentator Herbert Dijkstra mocht dan weten dat het zaak was zo snel mogelijk weer op die fiets te klimmen, Mart Smeets vroeg zich terecht af wie haar daar op kon zetten. Met heup- en armletsel ligt Van Moorsel in het ziekenhuis. Een droom in duigen, zei nieuwslezeres Annette van Trigt net. Tja, daar liggen dan jaren trainingsarbeid. Miriam Melchers die Dijkstra nog kansen toedichtte in de eindsprint, werd zesde.

Friday, August 13, 2004

...spreekt een woordje mee

Kroes is Eurocommissaris. DJ Tiesto treedt op tijdens de Olympische Spelen die vanavond in Athene geopend worden (tot woede van de Griekse Nana Mouskouri). Het is opeens minder erg dat we al bijna 30 jaar het Songfestival niet meer hebben gewonnen, want H.O.L.L.A.N.D. spreekt een woordje mee. Ik voelde me bijna trots. Net als toen we zo'n tien jaar geleden een Nederlandse Miss Universe hadden. In Athene staan sporters uit ruim 200 landen aan de start. In 1936 in Berlijn deden er 50 landen mee. De Olympische familie groeit. Dat weet ik, nadat ik gisteravond de film ,,Olympia'' van Leni Riefenstahl zag. Opvallend wat er in bijna 70 jaar tijds veranderd is. De mannelijke zwemmers droegen badpakken, de tijden waren niet elektronisch, maar handgeklokt en bij een close-finish moesten die vergeleken worden, voordat de uitslag bekend werd. Aan de finale 100 meter vrije slag deden maar liefst drie Japanners mee. Japan was blijkbaar een zwemnatie . De winnaars kregen een parmantig Olympisch kransje op hun hoofd geplant. En de commentator sprak over ,,Japanners, Amerikanen en Europeanen.' Europa werd meer als een gezien. Het IOC zal wel gezorgd hebben voor niet-Duitse scheidsrechters, maar toch kon ik me niet aan de indruk onttrekken dat ze soms een paar centimeter smokkelden om die Duitse kogelslingeraar of -stoter de eerste prijs te gunnen. Misschien om de Fuhrer, die zo graag de suprematie van het Arische ras bevestigd wilde zien, van dienst te zijn. Gelukkig kon iedereen zien dat Jesse Owens met gemak de 100 meter hardlopen won. Goring wilde niet dat het in de film werd opgenomen, maar Riefenstahl hield voet bij stuk en monteerde de atletiekheld er in. Dat had van mij nog wel wat prominenter gemogen. Zoals ik ook wel wat meer van Rie Mastenbroek had willen zien, die maar liefst drie gouden medailles won daar in dat Berlijnse zwemwater. Ze is onlangs overleden, maar de eer die haar toekwam heeft ze nimmer gekregen, omdat ze op de ,,besmette'' spelen van Berlijn optrad.
Als kind was ik al gefascineerd door de Olympische Spelen. Ik herinner me nog de sluitingsceremonie van Mexico. Vier jaar later in Munchen knipte ik kranten kapot en plakte ik plakboeken vol die ik versierde met zelf geschreven verslagen. Zo is Wim Ruska een grootheid voor mij (twee maal goud in Munchen, maar zijn triomf sneeuwde onder na de tragische dood van de Israelische sporters). Maria Gomers (atletiek brons in Mexico) stond in mijn eerste Reijam-schoolagenda (bestaat het merk nog?) van 1972. Net als ,,gouden-skiff'' ' Jan Wienese. De plakboekenmanie is verdwenen, alleen in 1976 plakte ik nog, maar in 1980 had ik andere dingen aan mijn hoofd. In 1984 lag ik op bed 's nachts te luisteren naar de finale van de zwemmers en hoorde ik de discus van Ria Stalman naar het goud zweven. Toen Ellen van Langen Olympisch kampioene in Barcelona werd in 1992, zat ik in de auto. Die hele finale heb ik eigenlijk nooit echt goed bekeken. Alleen maar in delen zag ik haar winnen, met die mooie deels verdwaasde, deels blije uitdrukking op haar gezicht nadat ze finish was gepasseerd. Na die gouden plak wist Van Langen nooit meer haar Olympische niveau te halen. In die zin was haar overwinning ,,typisch olympisch'': verrassend, maar helaas eenmalig. Nu duim ik voor ,,toppi'''-Inge de Bruin en Pieter VDH. Dat ze in elk geval 1 gouden medaille mogen winnen. Dat zou voor Nederlandse begrippen al een ongekende prestatie zijn. Naar ik weet is er geen enkele Nederlandse individuele sporter die op twee achtereenvolgende Spelen de olympische hoofdprijs in de wacht wist te slepen. Vanavond is de opening. Er zullen vlaggen wapperen en duiven vliegen en het Olympisch vuur wordt ontstoken. Twee weken zal het branden op de Olympus. In Griekenland, waar het ooit begon.

Wednesday, August 11, 2004

Worm

Wat lag daar nou op het gordijn, waar mijn kat Freek gisteren nog lekker lag te spinnen? Hoopjes kots, met daar doorheen de zichtbare restanten van een of ander wormvormig insect. Het leven van een poezenliefhebber kent ook dieptepunten en dit was er een. De rillingen trokken door mijn lijf. De metershoge en ellenlange lappen gordijn kunnen onmogelijk even van de rails worden gehaald. Daarvoor dient een geplande operatie vooraf te gaan, die onder meer bestaat uit het vragen van een hoge trap, hulp en morele steun. Aangezien ik daar even geen zin in heb, stop ik de onderkant van het gordijn in een emmer met warm water waaraan een flinke scheut Jif (ik hou het bij de oude benaming anders denk ik steeds dat er ,,gif '' staat) is toegevoegd. Weken moet het nu maar. Freek is inmiddels bewerkt met Stronghold, wat een nieuw wondermiddel heet. Want zowel tegen vlooien als wormen. Ook bij de andere twee, Doris en de oude bedaarde Foppe, moet ik dit nog op een onverhoeds moment in hun nek druppelen. Wormen zijn vies. Ooit had ik als kind een lintworm. Zo'n lange witte, die in je ontlasting zit. Zo'n dier dat ongestoord je maaginhoud leegeet en in het slechtste geval en passant ook nog even je lever aantast. Of zo. Moet nu denken aan een foto die ik enkele maanden geleden in de Volkskrant zag staan. Een dode man men die onderzoekers( ?) buiten hadden laten liggen, was om de zoveel weken gefilmd. Doel: kijken welke fysieke uitwerking de dood heeft. Je kreeg een onheilspellend beeld hoe je toekomstige dodenmasker er uit komt te zien als de aardwormen hun werk doen. Of andere vraatzuchtige insecten. Gruwelijker dan gruwelijk. Ik snap nu opeens waarom mensen kiezen voor cremeren. Want tot stof keer je toch weder, dus waarom zou je dat proces niet een handje helpen? Toch prefereer ik de wormen boven de hete oven. Het natuurlijke proces moet zijn loop maar hebben. Ook wormen moeten eten. Zoals Midas Dekkers schreef als zijn kat weer eens een merel had gevangen en gedood: die heeft weer honderdduizend wormpjes het leven gered.

Tuesday, August 10, 2004

Muntschat

Nieuws wat de krant niet haalt: een eerstejaars studente archeologie uit Groningen heeft bij toeval tijdens een opmeting van de zuidoostpoort van de Hellenistische stad Halos in het Griekse Thessalie een muntschat gevonden. In een holte tussen de stenen van de stadsmuren, op 2,5 meter boven het maaiveld, lagen 35 koperen Byzantijnse munten uit de 11de-12de eeuw na Christus. Op een van de geldstukken stond de afbeelding van keizer Romanus IV (circa 1070). Studenten van de Rijksuniversiteit Groningen doen al 27 jaar onderzoek naar de monumentale stadspoort van Halos. In 1995 werd nog een aantal zilveren munten uit de derde eeuw voor Chr. gevonden. De recente vondst bewijst dat de poort, die in 265 na Chr. werd verwoest door een aardbeving en een ruine bleef, in de 11de en 12de eeuw nog bewoond, aldus prof. dr. R. Reinders. De koperen munten worden vermoedelijk opgenomen in het kleine museum van Almeros, waar een speciale zaal is gewijd aan de ''Groningse'' opgravingen.

Waarom haalde dit nieuws mijn krant niet? 1. Omdat de opgraving te klein was, niet bijzonder genoeg, want er werden al eerder Byzantijnse munten opgegraven. Human interest kan het zijn voor een krant als het AD of de Telegraaf denk ik. Een foto van de desbetreffende studente die een handvol munten laat zien. En vertelt dat de vondst ''de droom'' is van elke student archeologie.

Monday, August 09, 2004

het lege huis

Savornin Lohmanstraat 7, Harlingen. Dat was meer dan 42 jaar Huize De Mik. Mijn ouderlijk huis, waar ik als peuter van anderhalf kwam wonen, met mijn oudere broer en ouders. Nu staat het leeg. Mijn (tweede) moeder is 13 juni jl. overleden. In enkele weken tijd verloor ik zowel mijn enige nog levende ouder als mijn ouderlijke woning. Gisteravond is het grof vuil, dat in de tuin lag te wachten, aan de kant van de weg gezet. De tweepersoons matras, het keukenkastje, de vrolijke oranje vloerbedekking, alles ligt nu op de vuilstort in Franeker. Vreemd dat spullen mensen overleven. Zal wel komen omdat ze officieel geen ziel hebben. Al 25 jaar lang bezit ik een doosje met duizenden kleine nietjes waarmee mijn vader (1919-1979) zijn niettang vulde. Ik gebruik die tang nu. Datzelfde doosje waaruit ik put, heeft hij nog in zijn vingers gehad. Zo had ik toch nog contact met hem. Pas vorig jaar moest ik een pakje nieuwe nietjes aanschaffen. Bleek nog dezelfde lay out te hebben. Alleen een andere kleur, oranje in plaats van rood. Gelukkig veranderen sommige zaken nimmer. Leve het bestendige! Enkele dagen nadat mijn pleegmoeder was gestorven, stond in mijn ijskast nog een pakje drinken dat ze mij had meegegeven voor de terugreis. Zij was er niet meer, maar dat verdomde pakje wel. Net als dat flesje eua de cologne van mijn in 1977 overleden tante. Als ik het zwarte dopje losdraai, ruik ik de geur die zij ooit opsnoof. Want er zit nog een klein beetje in. Zo geldt dat ook voor de douchegel, de shampoo en de cremespoeling die mijn moeder ooit opendraaide. Toch nog verbinding. Zo had ik het kleine asbakje willen bewaren met de as van een van de laatste uitgedrukte sigaretten die mijn moeder in haar slaapkamer had opgerookt. Maar dat relikwie is verdwenen. Door materie blijven mensen ook leven. Net als in je gedachten. De beelden komen en gaan. Dierbaren blijven altijd in je hart. Ook als ze dood zijn.

FA

Net een nieuw product ontdekt: blijkt het al weer uit het assortiment gehaald te zijn. FA Douche Mousse, met zeemineralen en bamboe-extracten - een opmerkelijke combinatie, groen en blauw- is niet meer verkrijgbaar. Meer dan een maand geleden kocht ik het bij AH. De bus was voorzien van een groen-rode afprijzingssticker. Het bleek een revelatie! Een klein drukje op de knop en een witte, zichzelf opblazende dot schuim werd op je hand getoverd. Lekker zacht en zuinig in gebruik. Niet opdringerig geurend bovendien. Maar hoe ik ook tuurde: nergens zag ik ze meer staan bij Trekpleisters of Kruidvatten. Ik vreesde al het ergste. Ik schijn een talent te hebben om verliefd te worden op producten die niet meer gemaakt worden. Zoals Knorr soepgroenten met tuinkruiden, ideaal als basis voor een eigengemaakte linzensoep. Weg! Of deodorant MUM, dat ook al niet meer in de winkelschappen ligt. Goddank zag mijn vriendin ze in een oud drogisterijtje in een wijk van Parijs liggen. Compleet in glazen flacon. Heeft er op mijn verzoek direct vier ingeslagen.
Gebeld met Schwarzkopf (FA). Of? Ja, dus. Waarom? ''Ja, dat horen wij ook niet'', zei de telefoonstem. Toch vreemd: een concern dat zijn eigen werknemers niet inlicht over een uitstervend product . Vermoedelijk te weinig van verkocht. Zal wel ja. Maar... in Belgie is de verfrissende mousse nog wel verkrijgbaar, sprak de dame geruststellend. Jammer dat mijn beste vriendin niet meer in Brussel woont. Die zit in Parijs. Maar mogelijk zijn ook de Fransen meer ,,mousserend'' dan wij. Zou me niks verbazen.

Sunday, August 08, 2004

zondag

Zelfs in het Hoge Noorden wijst de binnentemperatuur nu 30.5 graden aan. Ik zit te werken voor mijn pc en mijn draaiende ventilator. Deadlines zijn onverbiddelijk. Ook die van dinsdag. Verder rest nog een 60 centimeter hoge stapel kranten, die gelezen en uitgeknipt en het liefst nog keurig opgeborgen in het archief, dient te worden. Waarom lig ik niet in het buitenbad van Menaldum, waar je voor 10 euro per dag een heel zwembad tot je beschikking hebt? (Zie mijn artikel in NRC Handelsblad van vorige week)

Gisteren een bezoek gebracht aan de inmiddels provincieberoemde rommelmarkt van Bakkeveen. Volgens mijn schoonzus de leukste die er is. Om vijf uur zijn de particulieren en handelaren al druk in de weer om hun spullen uit te stallen. Wilfred en ik waren er even over half negen. Mannen in oranje hesjes wijzen je de weg naar een parkeerplaats op een grasveldje. Zowel langs de weg als op een grasveld liggen de duizenden spulletjes klaar, in afwachting van een nieuwe eigenaar. Mijn neef Warnder kwam zijn buit al trots laten zien: een bijzonder soort dynamo en nog iets technisch, waarvan ik niet snapte wat het was, maar waar hij dolenthousiast over was. Veel van mijn gading was er niet bij, al bleken drie pakken kopieerpapier (a 2 euro het stuk) nuttig. (Volgende keer afdingen raadde een ervaren rommelmarktloper mij aan, je zegt gewoon 3 voor 5 euro, nee heb je, en ja, dat is zo) en twee CD's (van de Duitse groep Freiheit en een met romantische lovesongs, die overigens vol stond met gouwe ouwe als Venus van Shocking Blue en Go now van The Moody Blues).

Daarna reden we naar Bakkeveen, waar ook gerommeld en gehandeld werd. Enigszins bevangen door de hitte zochten we de stilte en koelte op van een rustige parkeerplaats. Mijn schoonzus toverde uit de koelbox ijskoud water tevoorschijn. Een hemelse tractatie met dit weer! Wel veel last van wespen, die behoorlijk opdringerig werden. Omdat ik altijd geleerd heb dat zij jou niks doen, als jij hen niets doet, kon ik het niet waarderen dat mijn metgezellen een elektrische insectendoder hanteerden. 'Heb je wel eens een steek van een wesp gehad', vroegen ze me. Ik herinnerde het me niet echt, maar zei niettemin 'ja'. Als je niet allergisch bent, maar ik geef toe, bij de eerste eventuele steek weet je dat niet, is er weinig aan de hand. Anders volgt mogelijk een anafylactische shock, die, als er niet snel hulp komt, tot de dood kan leiden. Ik herinner me een advertentie van jaren her, van een jonge vrouw wier leven door een wespensteek plots werd beeindigd. Toch kan ik het nauwelijks over mijn hart verkrijgen een wesp dood te trappen of slaan. Bijna elk insect vang ik in een potje of glas (mijn vader gebruikte hier vroeger een theedoek voor) en geef het vervolgens door een openstaand raam of deur zijn vrijheid terug. En dat zijn er de afgelopen dagen heel wat geweest: een nachtvlinder die hysterisch rond mijn douchelamp scheerde, een bij die dappere pogingen ondernam door mijn raam te vliegen en een bromvlieg die hem de dag erop wilde imiteren.

Het schijnt een plaag te zijn in den lande, die wespen. Maar het helpt niet echt als je ze elimineert. Er komen direct nieuwe aangevlogen. TIP: Misschien een bord limo ver van jou en je gezelschap neerzetten, zodat de geel-zwarte gevleugelden zich daaraan te goed kunnen doen. Of zelf binnen gaan zitten dus, zoals ik nu, voor mijn ventilator en pc.

Thursday, August 05, 2004

ventilator

Vandaag mijn zwarte knorrende ventilator uit de kast gehaald. Hij is al tien jaar oud, maar doet het nog prima. Aangeschaft toen ik dit huis tien jaar geleden betrok en hier direct al een snikhete zomer werd beleefd. Met die hoge ziekenhuisramen - 4,5 meter - schijnt de zon hier de hele middag fel naar binnen. Gordijnen - lappen - dicht helpt maar ten dele. De ventilator geeft enige verlichting. Hij draait heen en weer, van links naar rechts, als laverend zeilschip over de Friese meren.
Over oude apparaten gesproken. Die het nog doen, (De Volkskrant heeft hier een aardige rubriek over ,,Doet-ie het nog?'') Ik bezit een prima Erres gaskookplaat. Moet toch minstens al 40 jaar oud zijn. Ik ken de reclameslogan van indertijd nog uit mijn hoofd: ,,Er-res geeft u plezier, Er-res geeft u plezier, zekerheid geeft Er-res altijd en een topkwaliteit.'' Mooie oer-Hollandse leus, waar vind je die tegenwoordig nog. Net als die vanAEG : .,,Laat je nooit in de steek.'' Niet alleen de Engelse, ook Franstalige reclameuitingen nemen toe. Het meest recente nummer van Onze Taal wijdt hier een artikel aan. En ook hoe de Hollanders erop reageren. Renault presenteert zich dus als ,,Createur d'automobiles''. Ik weet nog wat Citroen zo'n 30 jaar geleden had als slogan: ,,Voor veiligheid, zuinigheid, comfort, Citroen.''

voetreflexologie

Last van mijn rechterschouder, hee, je bent toch niet iemand die alleen maar gaat zitten klagen over pijntjes? Nee hoor. Maar door de chatsessies van de afgelopen week ben ik blijkbaar toe aan een gezondheidsmassage. Want de RSI slaat weer toe. Maar gelukkig had ik al een afspraak bij mijn masseuse, die ook nog eens de voetreflexologie beoefent. Na een behandeling mag je nooit te veel doen. Geen inspannende dingen verrichten, maar uitrusten, zodat de behandeling nog beter aanslaat en de effecten ervan langer beklijven. Rusten derhalve. Ik word al 15 jaar behandeld door therapeute en het doet me nog altijd goed. Zij verkondigt de heilzame effecten van zowel massage als voetrefexologie al jaren en meent dat ieder mens eens in de zoveel tijd een genezingsmassage zou moeten ondergaan. Zoals men ook geregeld naar zijn kapper stapt. Helaas is dat besef nog niet doorgedrongen tot werkend Nederland, constateert ze keer op keer met spijt.